19. 07%
"Sylar blijft tekeergaan met de –onbewuste– hulp van Mohinder en Hiro besluit 'de wereld te redden' nadat hij de wrede werkelijkheid onder ogen moet zien."
"Sylar blijft tekeergaan met de –onbewuste– hulp van Mohinder en Hiro besluit 'de wereld te redden' nadat hij de wrede werkelijkheid onder ogen moet zien."
"Verschrikkelijke toekomstbeelden brengen de Heroes van de wijs wanneer Linderman zijn plannen onthult en Isaac zijn vreselijkste schilderij tot nu toe maakt."
Het leest als een trein en stort je van de ene verbazingwekkende onwaarschijnlijkheid in de andere. Met Diamanta in de buurt heeft de scenarist het ideale reddingsmiddel gecreëerd, een deus ex machina dat onze helden uit welke hachelijke situatie ook (of toch misschien, om enige spanning erin te houden) kan redden, zoals bij de Microdrochten. Hou je van ectoplasmen en de wilskracht van de mens, dan kom je in deze zoektocht naar het ultieme aan je trekken. Toch mooi hoe de confrontatie tussen Alef-Thau en de Boom der Wijsheid zich manifesteert. Welk een wilskracht de jongeman al niet kan opbrengen en aan de dag legt om zijn geliefde en de haar omringende wereld terug te winnen.
Egocentrisch qua inzet, allesopofferend qua overgave. Voor een keer kan je Jodorowsky niks verwijten. Diens grenzeloze fantasie maakt er een heerlijk ontspannen spektakel van. En naar het emotionele einde toe is het hek helemaal van de dam. Een poëtische terugkeer naar een andere wereld. De cyclus is rond!
"Het schokkende verleden van H.R.G. komt aan het licht en na een verschrikkelijke explosie zal Claires leven nooit meer hetzelfde zijn."
Marchals tekeningen hebben een zekere passende, afstandelijke geladenheid die dit intrigerende verhaal kunnen versterken, dat zie je alleen wanneer je het boek openslaat en zelfs de kleuren wegdenkt. Sébastien Bouet opent schitterend sfeervol om dan op zijn Léo's Aldebaran-achtig interplanetair te werken. Waarom Léo? Omdat zelfs Marchal geregeld statische poses van de meester imiteert (plaat 6, kader 4). Het is vooral Rodolphe met zijn Shyamalan-achtig scenario die de show steelt. Een onverwachte plotwending, het op realistische wijze weergeven van horror en sciencefiction, een prisoner-gegeven letterlijk knipogend naar
Dat overkwam me toen ik halfweg de middag realiseerde dat het de Jetse jaarmarkt was. Gaan of niet gaan? De herziening van een ouwe maat was een goed excuus.
Al vrees ik voor het praktisch gebruik. Die prachtige mini-slotcarwagentjes (schaal 1:87) zien er zo fragiel uit dat eventuele stuntcapriolen uit den boze zijn.
"Matt bundelt zijn krachten met een 'draadloze' held en een radioactieve man. Claire vaart uit tegen haar vader en Peter ontdekt dat hij op een pijnlijke manier verraden is."
mogelijke troonbestijger van Moldavië, en Robert & Bertrands aartsrivaal nummer 17. In het genre knap getekend met een amusant verhaal. Ook al werd deze heruitgave 'slechts' op 500 exemplaren gedrukt, de exuberante prijs in onverantwoord. De blauwe steunkleur -het gebruik ervan is trouwens niet altijd even consequent doorgevoerd- geeft gelukkig een iet of wat luxueuzer effect. Desondanks zijn de facsimilés van Barelli en Kuifje in vergelijking met deze van 25 euro gemaakt voor een vriendenprijs. Voor de snobistische verzamelaar.
En dus bleef er tijd over om vlug naar Meise/Oppem de restanten van een semi-garageverkoop te inspecteren. Net voor de atypische zomerzondvloed toch één dingetje buit gemaakt: een Monopoly editie Brussel (1). Daterend van het jaar 2000 met de Belgische hoofdstad als centraal gegeven.
"Familiebanden staan onder druk wanneer Hiro er maar niet in slaagt zijn vader te overtuigen van zijn nieuwe weg, Niki een keuze maakt m.b.t. haar toekomst met D.L. en Micah en Sylar het huis van de Bennets bezoekt."
"Mohinder ontmoet een gevaarlijke nieuwe held. Matt komt onder vuur te liggen van de nieuwe moordenaar van Linderman en de identiteit van Claires biologische vader wordt eindelijk onthuld."
De iet of wat goedkope pose op de covertekening (vooral geaccentueerd door de flashy inkleuring op de kledij) belooft niet meteen veel goeds. En met Sala aan de schrijverstafel die al eerder in de moeraspoel van katholieke geheimen ploeterde, vrees je onterecht een zoveelste afgang. Cross Fire is de mix van Konvooi (de dynamiek) met Gipsy (de tekenstijl die aanleunt bij de Japanse manga) en de mysteries van die specifieke driehoek. Voor een keer werkt het, al die ingrediënten samen. Hoewel de computerinkleuring getemperd is en de pagina's veelal een uniforme sfeer uitstralen, is ze nogal donker en soms te artificieel. Pierre-Mony Chan verbaast door de schwung van het camerawerk en het afgestemd interageren van de personages. Juffrouw d'Agostino gekoppeld aan playboy Angelo Constanza, een explosief koppel.
Alsof je op date gaat, evenzeer blind met een geseald pakket, gelukkig met als ondersteuning de commentaren die her en der gepost worden. Bij een eenmalige gebeurtenis zeg je: Tof, die moet ik aanraden. Wanneer het echter systematisch bijna maandelijks voorkomt, signaleert dat eerder het teken aan de wand. Alsof het schrijnende overschotten betreft.
De wisselvallige Arleston daarentegen bakt ze de laatste jaren nogal bruin met middelmatige scenario's. Het is geen traditionele 'De jeugd van Waha' of 'Hoe de kleine Waha in de ketel viel' geworden. D'r is de rationele interesse voor dat lang geleden verdwenen mensenkind. Aan de hand van wetenschappelijke studies onderneemt de eerbiedwaardige Fukhatoe een poging om -om persoonlijke redenen- de locatie van Waha te achterhalen. Met de onderzoeks'geschriften' (in de vorm van stripenscèneringen) krijg je een klare kijk op die bedreigde wezens, de Trollen. Zelfs de op die manier ingelaste gagplaten missen hun effect niet, al blijft de interactie met het hoofdverhaal het efficiëntst wanneer de twee natuurlijk samenvloeien en elkaar overlappen. Schattig en leuk.
onder ogen moet zien en terwijl Hiro en Ando op zoek gaan naar een samoeraizwaard, maakt een nieuwe held zijn schokkend debuut."
over zaken praat met zijn vader, Claire op zoek gaat naar haar biologische ouders en Peter iets probeert op te steken van een onzichtbare man."
Ook hierin herken je wederom iemand met vakkennis. De vlezige personages bewegen in een realistische decor, historisch onderbouwd, zij het fictief ingevuld. Waar Auguria verzandde in overdaad, neemt Nuyten nu de tijd voor een gestage opbouw, gebalanceerd over meerdere delen. Begripvol dobbert hij tussen de verschillende kampen om alles in het juiste perspectief te plaatsen. Misschien met iets té veel inspanningen om de beweegredenen (geschiedkundig) te plaatsen. Alsof de auteur d'r steeds een stukje belerends in wil steken. Desalniettemin een knappe, onderhoudende western.
ook de pagina's van Shaman King haalt. Nu duidelijk verwijzend in deel 25 (op pagina 61) naar de schitterende Mont Saint-Michel in Normandië. De achtergrond? "De Mont Saint-Michel waar ik opgegroeid ben, is een heilige berg waar de aartsengel Michael op aarde neerdaalde."
Aldus de X-Law. Terecht een hemelse toeristische trekpleister van wereldlijk niveau die je eens gezien moet hebben met zijn aanwassende opzet, die wildgroei van versteende huisjes tegen de religieuze rotswand.
"We maken een sprong terug in de tijd en zien Mohinders vader in New York, Claires schokkende ontdekking en een rechtszaak die zware gevolgen zou kunnen hebben voor de volledige Petrelli-familie."
over de voorspelde nucleaire aanval op New York City. Mohinder slaat een nieuwe weg in en zet er zijn eerste stappen terwijl Niki een moeilijke beslissing neemt om haar zoon te beschermen."
Naast de achtervolgingswaanzin ook de introductie van een zootje afgezette dictators die -inventief gevonden- in een pension (of afkickcentrum!) terechtkunnen om alsnog in alle rust te kunnen verdergenieten van hun op het volk bijeenvergaarde fortuin. Merho put uit de realiteit, Travakstan is de kruising tussen Tsjechoslovakije en de Filipijnen, met de vrouw van de president als even groot liefhebster van schoenen. Wie doet haar dat na? Imelda Marcos natuurlijk. Amusant in het genre.
Hoe eenvoudig is het niet je zo te laten ringeloren. Gelukkig werd de scheve schaats vlug terug rechtgetrokken. Met de verbruikte brandstof was het logisch dat de druk op de ketel niet even stomend zou zijn in het tweede helftgedeelte. Onverhoopt was dan ook de gewonnen strafschoppenreeks. Een aangenaam matchke.
In plaats van het puzzelwerk aan de lezer over te laten, dringen ze meteen hun weldoordachte planning op zodat je al op voorhand hun monnikenwerk -erg toepasselijk bij deze materie- zou erkennen. Het ingenieuze knutselwerk (de pagina's 8, 34 en 60 geven summiere uitleg) wordt immers opgedrongen met een air van "zie eens hoe minutieus tewerkgingen." Een toch wel niet onbelangrijke voetnoot die net de kracht van het puzzelwerk... ontkracht. Al die poeha was immers niet nodig om het historische feit (in dit geval het reliek) op drie verschillende manieren te interpreteren. Want terwijl je voortdurend struikelt over de mogelijke herkenningspunten naar de andere situaties (bijna elk tekstkader heeft een verwijzingsnummer), doorbreekt dat net het inlevingsvermogen. Pas in het derde epistel neemt de pathos de overhand. Ongetwijfeld omdat je op basis van de personagekennis (hoewel die figuren in elk verhaal qua inhoud steeds variëren) sympathie opbrengt voor de protagonist die in een hels scenario terechtkomt. Respect voor Denis Bajram die er een waar kunstwerk van gemaakt heeft.
Je herkent amper iets van zijn Universal War One-methodiek. Krijtlijnachtig de lezer schilderachtig vervoeren met lichtfloue beelden. Op het juiste plekje zet hij scherp. Drie Christussen is een ambigue strip, (te) ingenieus in elkaar gezet. Als totaalpakket méér dan het (her)lezen waard. Nu nog kiezen tussen drieëneenhalf of vier sterren!
"Relaties staan op het spel wanneer Matt zijn vrouw opzijschuift om mee te doen aan de zoektocht naar Sylar en Claire ontdekt waar haar zoekgeraakte tape is. Nathan bespreekt een strategie met zijn familie en Niki verklapt haar ‘geheim’ aan een vriend."
Dat terwijl je d'r net méér over had willen weten. De bundeling op één à twee pagina's is immers door de compactheid niet altijd even geslaagd. Anderzijds is dat net ook de kracht van de strip. Door de uitleg niet steeds te overladen met overmatige wetenswaardigheden, blijf je gevrijwaard van de overdaad die er net voor had kunnen zorgen dat je je interesse verliest. Uiteindelijk merk je dat Venderbosch het uitstekend weet te doseren. Tussen wetenschap en amusement dobberen zonder te vervelen. Stijlkundig varieert de strip regelmatig. Ongetwifeld het resultaat van wanneer het getekend werd.
Wanneer Venderbosch een dikkere lijnvoering hanteert en gestileerder met kleur omgaat, dan krijg je erg aardige strippies. Die ook nog eens het onthouden waard zijn!
"De gevolgen van de speciale vaardigheden van de heroes worden steeds duidelijker wanneer Matt de gedachten van zijn vrouw leest, Hiro aangevallen wordt door het personeel van een casino in Las Vegas en Niki de tijd uit het oog verliest.
Een in het ijle springende, onherkenbare hoofdrolspeler. Wordt hij nu omvergereden of is hij supermanziek en belaagt hij de chauffeur? Bob de Moor wordt veelal geroemd voor diens bijdrages als studiomedewerker van Hergé. Met Barelli bewijst hij ook zelf heel wat in zijn mars te hebben. Al lijdt hij aan het gebrek aan precisiedrang, dat fanatieke dat Hergé net zo kenmerkte om de verhalen tot in de puntjes uit te werken, de tekeningen tot in de details te verfijnen.
Bob de Moor is daarin productiever en laat de plot sneller en chaotischer vooruitgaan. Met natuurlijk de typische persoonsverwisselingen, maar wat wil je, wanneer de protagonist in de huid kruipt van een ander. Vermakelijk en stijfjes.
Afgezakt naar Nossegem om daar tussen de rommel te snuisteren.
Ben al tevreden dat er na Polistil en Matchbox toch officieel leven is na de commerciële dood van de F1-schaalmodelletjes.
maw merchandiseartikelen, verwachtte ik niet om in de jaren daarna nog opmerkelijke vondsten te doen. En toch wordt op rommelmarkten mijn oog steeds getrokken naar van die gadgets waarop de jongen met het strooien dakje sierlijk pronkt. Alsof je d'r een specifiek zesde zintuig voor hebt ontwikkeld. Anderen bestempelen dit fenomeen 'gewoon' als abnormale misvorming.
altijd van die mystieke x-ray bril waar voortdurend in de Trois Suisses-catalogus reclame voor gemaakt werd, lees ook Paul Jester) en een soort van mini-mp3-speler (of radiootje). Ongetwijfeld in elkaar gestoken als verrassingspakket voor nieuwe aansluiters bij de Jommekesclub. Voor een euro laat je zoiets niet liggen.
"Claire wordt aangevallen door een quarterback op school, Hiro zoekt hulp bij Ando en Niki doet een gruwelijke ontdekking."
"De Heroes kunnen met elkaar in verbinding treden nadat Mohinder de laatste puzzelstukjes heeft samengebracht over hun verblijfplaats, maar komen ze ook op tijd voor de cheerleader?"
die het natuurlijk moet hebben van het gehele pakket om te kunnen beoordelen. In ieder geval is met Camille een nieuwsgierigwekkende toon gezet. Al blijft de essentie vaag in het ongewisse, door de rijkelijke introductie van de hoofdrolspelers ben je benieuwd waarnaar de plot zal leiden. Het is vooral Reynès met zijn (komisch-)realistische stijl die je filmisch meesleurt. Een goede opener.
Terwijl je nu kan hekelen dat de jongeman zich herhaalt met thema's die je reeds gelezen hebt en het ook de verfijndheid mist van de voorgaande titels, stel je toch twee grootse basiskenmerken vast: Vivès kan tekenen én Vivès kan vertellen. Door diens kracht om vaak zonder woorden enkel met cinematografische beelden te vertellen, leunt de artiest dicht aan bij de manga. 'Laat de beelden voor zich spreken' is duidelijk zijn leuze. Bovendien schrijft hij met zo'n enthousiast en herkenbaar intimisme dat je makkelijk meegezogen wordt in die adolescentenwereld. Speels en verleidelijk. Romantisch en hoopgevend. Het enige minpuntje is ongetwijfeld de overdreven grootte van Alices boezem.
"De bal gaat aan het rollen wanneer een volledige eclips de aarde verduistert en een geneticaprofessor het geheime onderzoek van zijn vader ontdekt. Daaruit blijkt dat er mensen met bijzondere krachten onder ons leven."
kiest Motoro Mase om het menselijke drama volledig uit te puren. Natuurlijk steekt er het gedeelte gewetensbezwaren in, de strijd van Fujimoto tegen het 'immorele' werk dat hij uitvoert. Erg rechtvaardig is het immers niet om veroordeeld te worden. Het knaagt aan Fujimoto's menszijn. Daarnaast heb je de levens van Takeshi en Shoji die abrupt ten einde komen. Wat te doen in die laatste vierentwintig uur (genre 25th hour)? Geen vrijblijvendheid, ook voor de lezer is deze voyeuristische inkijk een domper op de dagdagelijkse feestvreugde. Motoro Mase zoekt het niet in het zelfbeklag, noch het deprimerende fatalisme. Hij reikt hoop aan waarbij een vaarwel geen definitief afscheid hoeft te betekenen. Rust in deze wrede vrede!
is het -al dan niet in besloten kring- toch raadzamer om een andere genrefilm te presenteren. Niet meteen iets voor teerhartigen, want na de zeemzoete intro -het heden, op het Amerikaans kerkhof te Normandië, waar je nog geen twee weken geleden zelf stond- geeft Spielberg de allergrootste les in oorlogscinema die je letterlijk van je sokken blaast. Eveneens geen glorifiëring zoals bij Band of Brothers. De eerste veertig minuten zijn zo overdonderend dat een evenaring van hetzelfde niveau tijdens het verdere verloop haast onmogelijk is. Vanwege de intensiteit en vanwege het realisme. Je spoelt mee aan op het strand met amper tijd om op adem te komen.
Heeft Spielberg de zoektocht naar Ryan als kapstok gebruikt om de invasie te reconstrueren? Ongetwijfeld. De tour de force die hij in het begin levert, tracht hij in het tweede luik tevergeefs over te hevelen. Met de kleine gastrolletjes van steracteurs (Dennis Farina, Paul Giamatti, Ted Danson en Matt Damon) tracht hij Terence Malick te kopiëren (The thin red line), de keuze is niet altijd even gelukkig en de impact minder groot. Sterke, aangrijpende film met een openingssequentie die verplicht getoond moet worden op school. En dan nog beweren dat oorlogje spelen leuk is!