Een avondje AB met als exclusieve klemtoon muziek uit de Deense marken. De eerste honderd bezoekers mochten bovendien rekenen op een verwelkomingsgeschenk, een dubbele CD als uithangbord voor de melodieuze scène aldaar.
Zeer gedisciplineerd begon Chimes & Bells om 19u00. Zij brachten Deense postrock à la Mogwai, alleen met als fronting vocals een uitgestorven New Wavester met een donkere, totaal onbegrijpelijke stem zonder meerwaarde. Zeven songs die gedreven werden door een snarensamenspel en een bietende drum. De monotone ruis van de zangeres zonder naam ketst af op het geheel. Het vierde nummer breekt door het ritme en varieert in snelheid. Dan eens up in tempo, gevolgd door tergend traag. Een bizarre combinatie die net al de unitaire eenheid wegzuigt. De climax komt hierna met stevige gitaarstrijkers. De toon is gezet. De twee uitdeinende laatste nummers tippen niet aan de top. Een slot in mineur.
Het zevenkoppige ensemble Cody is ook fijnbesnaard. Twee gitaristen, een celliste, een bassist, een drummer, een violist en een banjospeler. Openend à la Bob Dylan denk je een half uurtje wereldvrede op je afgevuurd te krijgen. Dat maakt gelukkig al snel de weg vrij voor meer ritmiek. De groep is op zijn best wanneer de muzikanten, geheel stemloos, de zaal overheersen. Het droge timbre van de leadzanger heeft een wiegeliedend effect. De nummers 3 en 5 overtuigen het meest, terwijl de bescheiden radioprésencehit ertussenin een onbegrijpelijke keuze lijkt om commercieel mee uit te pakken.
Om negen uur knallen de kids van The Kissaway trail. Energetisch, kinetisch, genetisch. Het joviale jeugdige entertainende enthousiasme dramde door de blaffende boxen. De spectaculaire vibes spoelden vibrerend doorheen je gehele dynamische gestel. Hier kon je moeilijk onberoerd bij blijven. Ongetwijfeld ongenaakbaar op het podium, zich naar alle waarschijnlijkheid niet kunnen evenaren op plaat. Wil het lukken dat na de show net van The Kissaway trail geen CD's te koop zijn. Jammer. Geen enkel nummer enerveerde. Geen enkel nummer repeteerde. Dat deze ukkies terecht mogen doorbreken.
De Deense avond leek in eerste instantie een goedkope uitverkoop. Voor de spottende prijs van 11 euro mocht je een dubbele CD meegrabbelen en vier groepen ontginnen. Nog vóór Efterklang je bezweert, ben je al verloren.
Efterklang, da's het American Dream Team, of voor de oudere garde The Harlem Globe Trotters, een perfect geoliede machine. Hoewel dat laatste de kracht van deze groep oneerbiedig uitdrukt. De warme, interagerende menselijke toets levert een spannend samenspel op dat in de beginfase van de tournee minder prominent aanwezig was. Mads Brauer dirigeert aan de computerknoppen en geeft een onderhandse pass naar de bassende Rasmus Stolberg om geflankeerd door drummer Thomas Husmer en toetsenist Heather in de aanval te gaan en zanger Casper Clausen de gelegenheid te geven bij hoog en bij laag te laten scoren. Ontroerend imponeerde het ensemble in de uitvoering van alle herkenbare songs, meestal plukkend uit hun laatste Magic chairs. Op comfortabele luchtzetels mocht je meezweven in de dromerige wereld vol fantasierijke luchtbellen. Een emotionele climax was de toevoeging van de Efterkids, een initiatief om twee van hun liedjes te complementeren met jeugdige muzikanten (tussen 8 en 11 jaar) uit het Brusselse. Een verstrijke verrijking van Natural Tune en Full Moon.
Het enige wat je Efterklang kan verwijten zijn de ingelaste rustpauzes. Telkens neemt Casper de ritmiek en passie uit de ruimte waarin je gewichtloos ronddwaalt en kom je terug met beide voeten op de grond. De interacties met het publiek doen zich immers voor tijdens de nummers, daar hoeft niet telkens op door gedramd te worden. Een gezwel die de groep er niet wil uitsnijden. Je wil immers in die roes gewichtloos verder blijven zweven. Gelukkig is er op het eind telkens Cutting ice to snow. Zie je de vlokjes al dwarrelen?
woensdag 24 november 2010
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten