maandag 14 januari 2013

De fillem van Ome Willem: mannen met pit, Butch Cassidy and the Sundance Kid

Vorig jaar in de Verenigde Staten was vanuit onze halte een extra trip voorzien naar Capitol Reef, in de boekjes aangeprezen als zijnde de vluchtplek van outlaws Butch Cassidy and the Sundance Kid. Gezien het opmerken van eventuele technische mankementen (waterverlies onder de motor) tijdens een tussenstop halfweg, durfde ik een voortzetting niet wagen en maakte toch rechtsomkeer. Had ik voor het vertek naar de VS toch de film weer gezien, ik was gegarandeerd verdergereden. Butch Cassidy and the Sundance Kid is immers zo'n uitzonderlijke film dat je enige toeristische overblijfselen van deze mythes bedevaartsgewijs zelf wil begroeten.
Een cowboyfilm die geen traditionele cowboyfilm is, wel de aanpassingsproblemen van twee buitenstaanders in de zich ontwikkelende moderniserende maatschappij. Beiden vrijdenkend zich zonder toegift als outlaw voortbewegend. Naast het bijeenbrengen van Newman en Redford -wat zijn ze schattig samen- is er de extra toegift van Burt Bacharach. Met slechts een goed kwartier muziek zo'n overrompelende impact hebbend, wie doet 'm dat na. En dan spreek je niet enkel over de 'Raindrops'. Onderhoudend, komisch, filosofisch, romantisch, plezierig, dramatisch, confronterend én zo mooi (de overgangsscène van de VS naar Bilivia, wow). George Roy Hill laat een onvergetelijke feelgoodfilm na.
Rommelmarktkoopje (2)!
Butch Cassidy and the Sundance Kid. George Roy Hill. 1969. *****

Geen opmerkingen: