vrijdag 18 juli 2014

L'étranger

Van een onmetelijk nihilisme gesproken, zo kan je de persoonlijkheid van Meursault het best omschrijven. Nergens maalt hij om, door niet wordt hij gepassioneerd. Liefde beantwoordt hij niet, de dood laat hem koud en weekt geen emoties los. Wat een onverschilligheid. Wat een apathie. Het tweede deel van het boek focust zich op Meursaults proces, vergelijkbaar met de absurde enscenering in Max Havelaar van Multatuli. Barbertje moet hangen, al lijkt Meursault zich te schikken in zijn (nood)lot. Alsof hij zoals de Heiland voor de menigte geslachtofferd wordt terwijl Barabas vrijgesproken wordt. Camus verscherpt die onderliggende tegenstrijdigheid door hem te confronteren met de aalmoezenier. Meursault staat in schril contrast met deze gelovige: hij representeert de verloochening, het hier en nu, het non-geloof. Ferrandez is niet afstandelijk genoeg om deze gevoelloze man te portretteren. Waarom hij bovendien enkele aquarelscènes inlast – mooie sfeervolle plaatjes weliswaar – is een raadsel. Ze vloeken of passen niet met de harde realiteit. De vreemdeling: bevreemdend. De mooiste zin uit het boek: "Hij praat nooit om niets te zeggen." Tijd voor een moment van stilte.
- Kiekeboes, de 35 (herziene versie) **½
- Urbanus vertelt 13 **½
- vreemdeling, De (Camus) ***

Geen opmerkingen: