Een verhaal van drie keer niks. Robbe en Kwabbernoot gaan kamperen in Rommelgem waar allerlei onnatuurlijke verschijnselen zich voordoen. Een schuldige wordt vlug gevonden, maar is hij daadwerkelijk de dader? Eens ontmaskerd volgt er nog een aanhangsel waarin de oorzaak extra 'rampen' (of deugden) doet veroorzaken. Alles is zo simplistisch en heeft weinig inhoud. De vanzelfsprekendheid moet je voor waar aannemen, de mislukkingen evenzeer. Of de professor nu een wondermiddel ontdekt, hij zou op zijn minst eerst de gevolgen van de experimenten mogen teniet doen. Het meest te hekelen valt de weerslag op de prestaties. Uiteindelijk mag je duidelijk spreken over verboden prestatieverbeterende middelen. In de huidige sport, dewelke ook, loopt de Graaf vrij snel tegen de lamp. Hoe ontgoochelend de inhoudelijke leegte ook, grafisch heeft Franquin enorm veel te bieden. Ondanks die strakke vertelling in de mooi gekalibreerde kaders zet hij een beweeglijke dynamiek op papier. Deze is weliswaar even simplistisch als het verhaal, de kraakheldere lijn laat de flexibele figuurtjes dansen op het papier. Alsof je de Keystone Cops in pure slapstick door de boef ziet afgeranseld worden. Alsof de Comedy Capers hun weg naar de strip hebben gevonden. Kan je bovendien een iets oudere druk van de strip op de kop tikken, laat hem niet liggen. Het iet of wat glanzende (en licht vergeelde) papier bezorgt de strip een glashelderheid, iets dat met het matte papier in de latere herdrukken niet voorkomt. Er is een tovenaar in Rommelgem had Franquin gerust in 30 pagina's kunnen vertellen. De verlending wordt goedgemaakt door het plastische papier. Mooi.
- Robbedoes en Kwabbernoot 2 ***½
- Rode Ridder, De - Zwartwit 37 **½
- Suske en Wiske 36 ***½
- Suske en Wiske 124 ***½
- Suske en Wiske Klassiek - Rode Reeks 39 ***½
zondag 17 maart 2013
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten